Het snoeien van perenbomen lijkt onder tuiniers vaak paniek te veroorzaken. Toch is dit nergens voor nodig, wintersnoei van perenbomen (Pyrus communis) is heel eenvoudig.

Met een boom zonder blad is het veel gemakkelijker om goede resultaten te boeken omdat je de vorm van de plant en de positie van de vruchtknoppen beter kunt beoordelen.

Doel van het snoeien
Het doel is zo veel mogelijk sporen langs de takken te creëren. Sporen zijn korte stengels die gewoonlijk tussen de vier en zes sterke, gezonde bloemknoppen dragen, die op hun beurt vruchten produceren. Sporen stimuleren de plant om zijn energie in een beperkt aantal knoppen te steken wat de beste vruchtzetting geeft.

Snoeien is gezond
Behalve voor een goede oogst is snoeien ook belangrijk voor de gezondheid van fruitbomen omdat de luchtcirculatie rond het blad en de vruchten erdoor verbetert. De verspreiding van schimmelziektes wordt hierdoor voorkomen. Het is van groot belang om oude, overvolle sporen te verwijderen, net zoals dood en ziek hout, en kruisende en over elkaar schurende takken.

Regelmatig snoeien
Door regelmatig te snoeien heeft de perenboom een goed frame van hoofdtakken en korte sporen ontwikkeld. Als de vorm goed is, is weinig structurele snoei meer nodig.

Zo snoei je perenbomen:
Snoei scheuten die in het voorgaande seizoen zijn gevormd terug tot vier tot zes knoppen vanaf de basis. Het oude hout herken je aan het kleurverschil: jonger hout heeft een zilvergrijze kleur, de oude takken zijn bruinachtig.
Snoei net boven de knop en knip de tak schuin af zodat regenwater snel wegloopt.
Aan een jonge boom kun je de eindknop van elke tak laten zitten tot de gewenste taklengte is bereikt, van een oudere boom kun je de eindknop weghalen om de groei te stoppen.
Vruchtdragende sporen zullen zich in de buurt van de basis van de gesnoeide takken vormen.

Een appelboom snoeien gaat bijna op dezelfde manier.