Zien je planten in de border er niet meer zo mooi uit? Vaste planten scheuren kan de oplossing zijn! In het voorjaar doe je dit als de scheuten net boven de grond staan. Op dat moment hebben je planten veel groeikracht, zodat ze snel herstellen en later in het seizoen alweer zullen bloeien.

Wat is het nut van het scheuren van vaste planten?
Na een aantal jaar wordt de bloei bij sommige vaste planten wat minder rijk. De fut is er een beetje uit, omdat de pollen zijn dichtgegroeid en in het midden verhouten. Dat is een goed moment om zo´n pol te scheuren en te verjongen. In de lente kun je de zomerbloeiende vaste planten scheuren (voorjaarsbloeiers scheur je direct na de bloei of in het najaar). Ga bijvoorbeeld aan de slag met je tuingeraniums, daglelie (Hemerocallis), Rudbeckia, Heleniums en herfstasters.

Hoe scheur je vaste planten?
Zodra de nieuwe scheuten boven de grond verschijnen, begin je met het scheuren van je planten:

Spit een grote pol voorzichtig op, zonder de wortelkluit te beschadigen.
Verdeel de pol in verschillende stukken, elk met een paar scheuten en voldoende wortels.
Bij een losse scheur je met de hand, bij dichte pollen gebruik bijvoorbeeld een oud mes.
Herplant de buitenste delen van de bol. Het oude, verhoute hart leg je op de composthoop.
Maak de grond op de nieuwe plantplek los en meng er wat potgrond door.
Plant de stukken diep genoeg, zodat de wortels voldoende ruimte hebben, en giet ze goed aan.

Tip! Let zeker bij droogte op of je planten extra water nodig hebben, totdat ze weer goed zijn aangeslagen.

Meer praktische tuintips vind je in het magazine Tuinseizoen.