Heb jij een schaduwtuin? Soms lijkt er wel helemaal niets mee te beginnen. Toch zijn er veel vaste planten die het juist in de schaduw goed doen. Het maken van een geslaagde beplanting in een schaduwrijke tuin is daarom niet moeilijker dan in een zonnige tuin. Wij geven je tips.
Schaduwtuin is niet eentonig
Een schaduwrijke tuin hoeft helemaal niet eentonig te zijn. In de koele schaduw groeien de mooiste planten. Let er wel op dat de planten bij voorbaat op een plek staan waar de grond enigszins vochtig is. Hun bloemen zijn meestal minder uitgesproken dan bij zonminnende planten, maar hun bladeren zijn vaak des te mooier!
Houdt rekening met licht
Om een geslaagde beplanting te maken moet je uiteraard moet je rekening houden met de hoeveelheid licht. Allereerst is het belangrijk om te weten van welke schaduw er sprake is in jouw tuin. Is dat lichte schaduw (dat is het gefilterde licht onder een transparante, bladverliezende boom of struik), of is het halfschaduw (als de plant niet meer dan drie uur zon per dag krijgt) of is er juist sprake van zware schaduw in jouw tuin (de plant krijgt niet of nauwelijks direct zonlicht zoals aan de noordkant van een gevel). Wanneer je weet welk type schaduw jouw tuin heeft, kan je hierop je planten selecteren. Als je niet weet welke planten bij welke schaduw passen, dan kan je dat altijd even navragen bij tuincentra.
Let op de bodemomstandigheden
Voor een succesvolle schaduwborder spelen de bodemomstandigheden ook een belangrijke rol. De grond moet enigszins vochthoudend zijn. Dan is namelijk de keuze aan schaduwplanten veel groter dan wanneer de grond erg droog is, zoals onder grote bomen. Vooral in de lichte schaduw van bladverliezende bomen en struiken of in de schaduw van een muur kan een verrassend groot sortiment vaste planten groeien.
Schaduwplanten een handje helpen
Ook al zet je de juiste schaduwplanten op de juiste plek, dan nog kunnen ze altijd wel wat extra hulp gebruiken. Zo help je de planten met een mulchlaag, de grond droogt dan minder snel uit. Strooi jaarlijks een laag van compost, houtsnippers of boomschors tussen de planten. Zo komt er meteen extra humus in de grond. Humus werkt als een spons en houdt het water beter vast. Ook bodembedekkers zorgen er trouwens voor dat er minder water uit de bodem verdampt.
