De vierkantemetermoestuin is ideaal voor mensen die weinig ruimte hebben óf die voorzichtig willen beginnen met het moestuinieren. Deze compacte moestuin is overzichtelijk, vraagt weinig onderhoud en geeft een optimale opbrengst. Bovendien is hij ook zo weer opgeruimd. Door zijn afmeting past de vierkantemetertuin zelfs op een balkon. Bij tuincentra zijn bouwpakketten te koop maar je kunt zo’n vierkantemetertuin ook zelf maken.
Een moestuin vraagt nogal wat onderhoud. Alleen al de grondbewerking en het onder controle houden van onkruid kost heel wat uren. In de vierkantemetertuin is dit echter een fluitje van een cent. Een kant-en-klare vierkantemetertuin bestaat uit een houten frame van (meestal) 120 x 120 cm en 20 cm hoog. Hij is onderverdeeld in 16 gelijke vlakken van 30 x 30 cm.
1 Kies de juiste plek
De moestuin moet toch wel zo’n 6 uur zon per dag krijgen, ook in het voor- en najaar als de zon laag staat. Kies dus een beschutte, zonnige plek. Je kunt de vierkantemetertuin (die uiteindelijk gewoon uit vier planken bestaat) op de volle grond zetten. Heb je alleen op het terras of balkon ruimte beschikbaar, maak dan een bodem in je bak van plastic of folie en prik er afwateringsgaatjes in. Er zijn ook vierkantemetertuintjes van kunststof te koop, te vergelijken met een plantenzak. Deze zijn heel geschikt voor een betegelde ondergrond omdat er al een bodem in zit. Maak je zelf een bak, zorg dan voor planken die minimaal 20 cm hoog zijn. Je kunt de bak met latjes verdelen in 16 vakjes.
2 Ga voor goede grond
Net zoals bij tuinieren in potten en bakken is het ook voor de vierkantemetermoestuin heel belangrijk dat je goede tuingrond met voldoende voedsel en een goede afwatering gebruikt. Neem hiervoor geen grond uit je tuin, maar maak een mengsel van gelijke delen kokosvezel, compost en vermiculiet. Ook een mengsel van gelijke delen tuinaarde, compost en scherp zand voldoet goed. Overdrijf de hoeveelheid compost niet, want dan kunnen de zaden verbranden. Om de zaden een handje te helpen kun je de grond afdekken met een laagje van ongeveer 1 cm zaai-of stekgrond.
3 Zaden
Zaaien is verreweg de goedkoopste manier om te moestuinieren. Zeker voor een vierkantemetermoestuin bevat een zakje veel te veel zaad. Als je ze samen met een andere moestuinliefhebber koopt, ben je nog goedkoper uit. Je kunt het overgebleven zaad ook tot volgend jaar bewaren. Stop de zakjes in een plastic doos die je af kunt sluiten en zet de doos op een koele plek. Vocht is funest voor het zaad.
4 Plantjes
Nog eenvoudiger is het om meteen groente-, fruit- en kruidenplantjes te zetten. Zeker voor beginners is dit een geweldige manier om van start te gaan. In het voorjaar kun je bij tuincentra, maar ook op de markt, volop kleine groenteplantjes kopen. Ook aardbeienplantjes en kruiden kun je nu gemakkelijk vinden. Kom niet in de verleiding om nu ook al zomerbloeiers te kopen die overal ook al in de kassen staan. Veel van die eenjarige zomerbloeiers zijn niet winterhard en mogen pas na half mei buiten uitgeplant worden!
5 Bak voor kinderen
Kleine kinderen hebben in de regel weinig geduld. Als je met hen tuiniert, kun je voor groenten gaan die snel resultaat geven zoals radijs, tuinkers, rucola en sla. Je kunt ook gewassen kiezen waar het kind zelf dol op is, zoals kleine tomaatjes en aardbeien. Zo’n kinderbak wordt nog leuker als er bloemen in staan. Bieslook krijgt leuke lila bloemhoofdjes en ook borage (komkommerkruid) ziet er met zijn lichtpaarse bloemen prachtig uit. Houd je kind van felle kleurtjes, ga dan voor Oost-Indische kers, goudsbloemen en afrikaantjes.
Grote planten zijn uiteraard spectaculair. Pompoenen zijn geweldig voor kinderen, maar per plant nemen ze al gauw een vierkante meter in beslag. Ze zijn dus te groot voor de bak! Je zou ze wel elders in de tuin kunnen zaaien. Een paar zonnebloemen kunnen eventueel wél.
6 Uit de startblokken met je vierkantemetertuin
In maart kun je de bak in elkaar zetten en de grond toevoegen. Met zaaien kun je in de regel beter tot april wachten zodat de grond wat opgewarmd is. Omdat je eigenlijk in een verhoogde bak tuiniert, is de grond wel wat eerder op temperatuur dan wanneer je in de volle grond zaait. Houd toch het weer maar goed in de gaten. Is het nog erg koud of erg nat, dan kun je beter nog even wachten. Binnen voorzaaien kan al wél. Vorstgevoelige planten zoals tomaten kun je het beste binnen voorzaaien, om ze na half mei in de vierkante meterbak te planten. Start als beginnend moestuinier met makkelijke groenten als radijs, tuinkers, bonen, snijbiet, pluksla, sjalotjes en knoflook. In één vakje van 30 x 30 centimeter kun je zo vier slaplantjes zaaien met een onderlinge afstand van 15 centimeter. Kijk goed op de verpakking wat het juiste zaaimoment van het gewas is en hoe diep er gezaaid moet worden.
7 Niet geschikt
Je kunt niet alles in een vierkantemeterbak kweken. Wortelgroenten die heel diep gaan, zoals rettich en winterpeen, krijgen in de bak te weinig ruimte. Dit zijn groenten die je beter in de volle grond kunt kweken. Wil je toch graag worteltjes in je bak, kies dan voor ronde, Parijse worteltjes die veel minder diep groeien. Voor aardappelen is de bak ook niet diep genoeg, maar die kun je weer prima in een emmer kweken. Kies voor vroege aardappeltjes, dan kun je voor de zomervakantie al oogsten!
8 Moestuin onderhouden
Check elke dag hoe je moestuin erbij ligt. Zorg dat de aarde na het zaaien vochtig blijft en mocht je onkruid of ongedierte zien, haal dit dan direct weg. Omdat je in elk vakje een overzichtelijk aantal zaden hebt gezaaid, is uitdunnen niet of nauwelijks nodig.
9 Regelmatig oogsten
Houd in de gaten wanneer je kunt oogsten. Vaak is jonge groente lekkerder dan te laat geoogste groente! Is een vak leeg, werk dan wat compost door de aarde; dit bevat voldoende voeding voor de nieuwe teelt waardoor bemesten niet nodig is. Zaai in dit vak een ander gewas dan er eerder stond. Door wisselteelt raakt de grond niet uitgeput, en het vermindert de kans op ziekten en plagen.
Mooi gedaan !!!
ja heel mooi gedaan