Potten met vrolijke eenjarigen geven maandenlang plezier. Ze zorgen voor veel kleur in de tuin en zijn gemakkelijk te planten. Met deze tips krijg je het beste resultaat!

1. Gebruik potten met drainagegaten: in plastic en zink kun je ze ook zelf boren. Leg op de bodem een laag potscherven of kleikorrels.

2. Eenjarigen hebben vaak genoeg aan 20 tot 30 cm grond. Leg in hoge potten eerst een zware steen en vul de onderste helft met blokken piepschuim of kleikorrels, met daarop een laag antiworteldoek.

3. Koop potgrond van goede kwaliteit. Vaak zit daar al voeding in voor een week of vier, soms zijn er ook watervasthoudende korrels aan toegevoegd.

4. Meng mestkorrels met langzame afgifte of mestpillen door de toplaag. Gebruik je vloeibare mest in het gietwater, dan hoeft dat pas als de voeding uit de potgrond is opgebruikt.

5. Geef regelmatig water; de plantjes mogen niet uitdrogen. Door een schotel onder de pot te zetten, voorkom je dat het water meteen wegloopt.

6. Mocht er toch nog een late nachtvorst worden voorspeld, zet je potten dan tijdelijk in de schuur of op een beschut plekje bij het huis.

Lees meer  5 Laatste winterklusjes