De wetenschappelijk naam van de trompetboom, Catalpa, is waarschijnlijk bekender dan zijn volksnaam. Bij Catalpa denken de meeste mensen echter aan de bolcatalpa (Catalpa bignoiodes ‘Nana’), een populair boompje dat weinig ruimte inneemt. Deze compacte boompjes hebben dezelfde mooie bladeren als de ‘gewone’ trompetboom Catalpa bignonioides, maar hebben een totaal andere groeivorm. Moet je een bolcatalpa jaarlijks flink terugsnoeien om zijn mooie bolvorm te behouden, bij een trompetboom – waarmee we in dit artikel Catalpa bignonioides bedoelen – is snoeien taboe om zijn natuurlijke groeivorm niet te verstoren. Want deze is indrukwekkend; een oude, grillige trompetboom is breder dan hoog en kan wel 15 m ruimte innemen.

Maar niet alleen zijn groeivorm is imposant, dat zijn ook de groene, hartvormige bladeren die soms wel 30 cm groot zijn en die de boom een wat exotische uitstraling geven. Een trompetboom loopt in het voorjaar pas laat uit en ook laat hij al vroeg in de herfst zijn blad vallen, maar de bladeren zijn de hele zomer decoratief. Daarnaast zorgen ze voor aangename, lichte schaduw. Een trompetboom vormt op warme zomerdagen een heerlijke parasol! En als extra bonus bloeit hij in juni-juli uitbundig met in het oog springende bloeipluimen van soms wel 25 cm lang. Deze bloeipluimen bestaan uit relatief grote, witte trompetvormige bloemen die fraai getekend zijn, met vooral binnenin purperrode spikkels en met twee geel-oranje vlekken op de onderste bloembladen. Exotisch ogende bloemen die je in een boom in ons klimaat niet zo snel verwacht. Een bloeiende trompetboom betekent overigens ook een feest voor bijen!

Hoe is zijn groeivorm?

Zoals eerder al vermeld is een volwassen trompetboom een indrukwekkende verschijning door zijn breed uitgroeiende kroon. Deze heeft bovendien een grillige groeivorm wat heel natuurlijk oogt, net als de lage vertakkingen aan de stam. Dit maakt hem tot een ideale boom om een boomhut in (of onder) te maken! Heel hoog wordt een trompetboom niet. Met een uiteindelijke hoogte van 10-12 m behoort hij tot de middelgrote bomen, maar omdat hij minstens even breed als hoog wordt, vraagt hij toch veel ruimte. De kroon is halfopen wat betekent dat hij geen zware schaduw geeft.

Waar plant je de trompetboom?

Is de grond in je tuin erg vochtig, dan is een trompetboom niet geschikt. Plant hem alleen als je goed doorlatende, niet te natte grond hebt én een ruime, zonnige plek die ook beschut ligt. Bij harde wind breken er anders al snel takken af. Om deze markante boom goed tot zijn recht te laten komen, kun je hem het beste als solitair aanplanten. Dat kan in het gazon zijn, in het grind of in een uitsparing in het terras, want een trompetboom verdraagt verharding goed. Een trompetboom geeft al na een paar jaar flink wat body, want het is een snelle groeier. Houd er wel rekening mee, dat jonge trompetbomen enigszins vorstgevoelig zijn.

Andere cultivars

Catalpa bignonioides ’Aurea’ – Deze kleinere (maar breed uitgroeiende) boom heeft een relatief korte stam. In het voorjaar is het blad goudgeel, in de zomer geelgroen.
Hoogte: 6-8 m

Catalpa bignonioides ’Variegata’ – Deze bontbladige trompetboom heeft groen met gele bladeren.
Hoogte: 6 m

Catalpa bignonioides ’Aurea’

Wat je misschien nog niet wist over de trompetboom

• Catalpa bignonioides komt van origine uit het oostelijk deel van Noord -Amerika. De indianen daar noemden deze boom katuhlpa, waar de naam Catalpa van is afgeleid.
• Een trompetboom is een waardboom voor vlinders; sommige vlindersoorten zetten hun eitjes af op de bladeren.
• Onder een Catalpa zul je geen last hebben van muggen of vliegen want deze blijven er uit de buurt.
• Na de bloei ontstaan er tot 35 cm lange, hangende peulen met daarin twee rijen harige zaden.
• De trompetboom is ook bekend als ambtenarenboom, omdat hij als een van de laatste bomen uitloopt en als een van de eerste zijn blad weer laat vallen. Daarnaast ligt het hoogtepunt van de ambtenarenboom in de vakantieperiode in de zomer…

 Lees ook: Waarom kiezen voor een goudenregen?