Bramen en frambozen kunnen al snel uitgroeien tot een wirwar van takken. Snoei ze daarom direct na de oogst of begin winter: knip daarbij de takken die vrucht droegen weg en bind de nieuwe eenjarige scheuten aan. Zo hou je de struik in model.
Bramen en frambozen maken tijdens het groeiseizoen lange nieuwe scheuten vanuit de basis. In het tweede jaar worden op daarop zijtakjes gevormd, die bloeien en vrucht dragen. De groei blijft overzichtelijk als je de plant aanbindt tegen spandraden of tegen een muur.
Wanneer bramen en frambozen snoeien?
Na de oogst (of tot begin winter) kun je bramen en frambozen snoeien:
knip alle stengels die vruchten gaven laag bij de grond weg.
Bind dan meteen de nieuw gevormde eenjarige stengels van dat seizoen aan.
Als je die tweejarige stengels niet wegsnoeit, zullen de zijtakken zich elk jaar opnieuw vertakken en ontstaat er een enorme wirwar. Omdat de takken weinig licht krijgen, worden de vruchten ook kleiner. Houd je plant dus in model en snoei jaarlijks na de oogst alle vruchtstengels weg.