In een stedelijke omgeving hebben vogels het moeilijk om goede nestplekken te vinden. Ze zoeken een plekje dat beschutting biedt en waar genoeg voedsel te vinden is. De tuin is daarom een ideale plek voor vogels en hun kroost. Zo maak je het verblijf voor de vogels zo aangenaam mogelijk:

Zorg voor huisvesting
Vogels nestelen graag in tuinen met veel groen – in een mooie boom of flinke struik, in een klimop tegen de schutting of hoog in een grote klimhortensia. Je kunt ze extra helpen door een nestkastje op te hangen. Zorg daarnaast voor vers water, bijvoorbeeld door een drinkschaal weg te zetten waarin ze ook kunnen badderen.

Voedsel voor de vogel
Vogels houden niet van nette aangeharkte tuinen, ze hebben liever een natuurlijke tuin waarin ze volop naar wormen, slakken en insecten kunnen zoeken. Op deze manier ruimen ze ook gelijk allerlei plaagdieren op, die het op je planten voorzien hebben. Uiteindelijk ontstaat er zo – op biologische wijze – een natuurlijk evenwicht, waar iedereen profijt van heeft.

Voederplek
Wanneer je niet veel natuur in de tuin hebt, kun je ook vogels lokken door een voederplek te maken. Je mag de vogels het hele jaar voeren, dit zal veel terugkerende vogels opleveren.