Ik geef het eerlijk toe, dit jaar begin ik met een bang hart aan het tuinseizoen. Tuinieren is altijd een beetje spannend, dat vind ik er net zo geweldig aan. Hoe hard je ook je best doet, over de grillen van het weer heeft niemand zeggenschap, en dat maakt tuinieren elke keer weer tot een fantastische uitdaging. Gaat het straks nog flink vriezen of zal ik binnen een paar weken al mijn pompoenen en courgettes kunnen planten? Heerlijk, die onvoorspelbaarheid.

De kick van extra vroeg aan de moestuin te kunnen beginnen, en radijsjes te eten als de meeste tuiniers ze nog moeten zaaien. Maar ook de teleurstelling wanneer ik net té vroeg begon, en de topjes van de dahlia’s bevriezen. Mijn tuinredenering is uiterst simpel en bijzonder bevredigend: elke winner schrijf ik aan mijn groene vingers toe, elk verlies is de schuld van het weer. Nooit hoor je hier zelfbeklag, hooguit een vloek richting weergoden. Geen mea culpa als de prinsessenboontjes niet kiemen; het was de schuld van de regen. De aardbeiboom die sterft? Dat ligt aan de tuin: die boom had simpelweg niet op die plaats moeten staan.

aardbeienboom, column, laurence machiels, tuinseizoen

Twijfel

Eigenlijk is het zelden mijn schuld, maar al te domme dingen wil ik nu ook liever niet doen. En dus twijfel ik. Een beetje koude of een beetje natte, dat zijn we gewend, maar wordt het opnieuw extreem? Krijgen we weer zo’n droge zomer, dan moet ik mijn mulchlagen nog dikker leggen dan vorig jaar. Maar stel dat het wekenlang regent, en mijn planten in de dichte laag houtsnippers beginnen te rotten? De buxus heb ik eruit gegooid, maar welke nieuwe ziektes en plagen zitten er dit jaar aan te komen?

Vraatzuchtige schoonheden

Vorige zomer deden zich massaal veel rozemarijngoudhaantjes tegoed aan de rozemarijn. Een prachtig kevertje, dat wel, maar hoe lang duurt het nog voor die vraatzuchtige schoonheden zich op mijn tijm, of op de lavendel van de buren storten? Op mijn aubergineplant vond ik een coloradokever – het was in mijn kindertijd dat ik er nog een gezien had. Het bleef gelukkig bij één exemplaar, maar mijn aardappelen hield ik wel wekenlang angstvallig in het oog. In die lange, warme zomer genoot ik van twee geweldige vijgenoogsten, maar ineens zaten de bladeren vol rupsjes van de vijgenskeletteermot, die zich het bladmoes maar wat lieten welgevallen.

coloradokever, ziektes, plagen, tuinseizoen, laurence machiels, column

CO2

Als het nu weer snel écht warm wordt, dan komen sommige rupsen misschien al uit, nog voor de trekvogels onze streken hebben bereikt. Zullen er dan wel genoeg andere natuurlijke vijanden zijn om de rupsen bij te benen? En krijgen we weer een lange, warme herfst, en nog een extra generatie rupsen bovenop? De buxusmot kreeg het alvast voor elkaar om in één jaar drie keer eitjes te produceren. En dan heb je nog die dekselse CO2. Hoe meer CO2, hoe slechter voor onze planeet, dat weten we ondertussen allemaal wel. Maar meer CO2 betekent ook (een beetje) meer fotosynthese, waardoor je planten sneller groeien. Voor je helemaal euforisch wordt van nog meer bloemen en nog meer oogst: zo’n versnelde groei leidt ook tot zwakkere cellen, waardoor de planten gemakkelijker aangetast kunnen worden.

En dus start ik met gemengde gevoelens. De regentonnen zijn gevuld, de erwtjes zijn gezaaid en de dahlia’s staan te trappelen om naar buiten te mogen; nu is het wachten op het onvoorspelbare. En gaat er toch wat fout, dan troost ik me met de gedachte dat de planten de mens wel zullen overleven. Ik zonder een tuin, dat zou lastig worden, maar de tuin zonder mij? Daar heb ik vrede mee.

 

Laurence Machiels is freelance groenjournalist, met een wekelijke groenpagina in Het Laatste Nieuws. Tuinieren is haar passie – haar biologische tuin in de Vlaamse Ardennen, een halve hectare groot, onderhoudt ze helemaal zelf. Met liefde en leed, zoals je kunt lezen. En dagelijks kunt zien op Instagram @laurencemachiels

 

Andere columns van Laurence Machiels: 

De gevaarlijke maand maart
Brexit-broccoli