Hij had er een fulltimebaan aan, náást zijn fulltimebaan, maar Marc Kikkert slaagde erin om Vlinderhof in Utrecht te realiseren. Samen met een grote groep vrijwilligers draagt hij nu zorg voor de succesvolle Oudolf-tuin, een verborgen parel in het Utrechtse Máximapark. In de afgelopen zeven jaar kroop hij als het ware in de huid van Piet Oudolf: “Ik was al idolaat van zijn beplantingen, maar nu pas begrijp ik ze ook.”

Het is herfst in Vlinderhof in Utrecht, hét moment om Oudolfs beplantingen van dichterbij te bekijken. Want wie in de zomer al eens een bezoekje aan het Utrechtse park heeft gebracht, zal in deze tijd van het jaar op z’n minst opnieuw verrast worden. Neem nu de kattenstaart Lythrum salicaria ‘Swirl’. In de zomer heeft hij schitterend roze gebloeid, maar zodra de bladeren eraf zijn, gebeurt er pas écht iets verrassends; de stengels verkleuren vuurrood. Samen met de paarse herfstaster en oranje bladtinten op de achtergrond, ontstaat een kleurrijke zichtlijn. “Dat is nu typisch het Oudolf-beeld”, glundert Marc trots. “Wanneer je de planten alleen tijdens de bloei of als eenling bekijkt, zijn ze misschien helemaal niet zo interessant, maar als je ze hier jaar in, jaar uit, meerdere seizoenen kunt volgen, vallen hele andere dingen op. Asplecias is er ook zo één. In een tuincentrum was ik er waarschijnlijk aan voorbij gelopen – hij bloeit wel erg fel oranje – maar inmiddels weet ik beter. Hij kleurt geweldig in combinatie met Geranium en Salvia verticillata ‘Purple Rain’. Het blad heeft ook veel sierwaarde en bovendien ontwikkelt de plant mooie, grote zaaddozen. Als het zover is, vragen mensen opeens: ‘Goh, wat is dat voor plant?’. En wanneer die zaaddozen opengaan en de zijden pluisjes door de tuin heen waaien, trekt hij opnieuw de aandacht. Ik was al idolaat van Oudolfs beplantingen, maar nu pas begrijp ik ze ook.”

De bloemen en planten van Vlinderhof

Rond eind oktober is het Indian summergevoel in Vlinderhof op z’n best. Het is bijzonder om te zien hoe sommige planten nog in bloei staan, terwijl de grassen al uitgebloeid zijn en de herfsttinten in het blad sluipen. De slanke halmen van Molinia caerulea ‘Moorhexe’ zijn vurig verkleurd, maar bovenin bijna zwart. Ze vormen een mooie combinatie met het goudverkleurde blad van Amsonia hubrichtii. “Er staan meerdere Amsonia soorten in deze tuin, maar niet allemaal verkleuren ze goudgeel als deze. Bij sommige soorten verdort het blad. Zo zie je maar dat het samenstellen van zo’n beplantingsplan echt een kunstvorm is.” Die kunstvorm had Marc al een meerdere decennia eerder gesignaleerd. Zijn liefde voor vaste planten groeide in zijn toen nog redelijk betegelde tuin. Met het groeien van zijn plantenliefde, gingen er steeds meer tegels uit en nam ook zijn kennis toe. Door het vele lezen over tuinen en tuinieren, raakte hij gefascineerd door het werk van Piet Oudolf. “Tijdens een bezoek aan de tentoonstelling Alle Rembrandts in Het Rijksmuseum in 2009, bekroop mij opeens het gevoel dat er meer aandacht voor Oudolfs werk moest komen. Overal ter wereld zijn Oudolfs beplantingen in het openbaar te bewonderen, maar in Nederland nergens – een niet goed onderhouden perkje in Rotterdam daargelaten. Wat Rembrandt met verf deed, doet Oudolf met planten: schilderen. Ik wilde zijn beplantingen niet alleen in de boeken zien, maar ook in het echt kunnen bewonderen. Piet Oudolf is een kunstenaar, die moest óók geëerd worden.”

De Central Park van Utrecht

Marc besloot zelf aan de slag te gaan. Hij benaderde gemeente na gemeente met de vraag of ze een Piet Oudolf-tuin wilden aanleggen. Zijn eigen huis in De Leidse Rijn bleek ondertussen met de komst van een tweeling aan de krappe kant te zijn geworden, daarom besloot hij eind 2009 met zijn gezin te verhuizen naar een woning aan het Máximapark, dat toen nog in aanleg was. “Het idee was om van dit Máximapark één groot Central Park-achtig stadspark te maken. Qua oppervlakte, 300 hectare, is het ook werkelijk bijna net zo groot als Central Park. Heel uniek, zo tegen de stad Utrecht aan gelegen.” Bewoners mochten zelf meedenken over de invulling. “Terwijl ik voor de Oudolf-tuin nog met andere gemeenten bezig was, zoals Hilversum en Leiden, besefte ik opeens: dit is dé plek.” Vanaf dat moment beet Marc zich vast en liet hij niet meer los. Hij nam contact op met de parkarchitect, Adriaan Geuze, de tuin moest immers wel in het masterplan passen. Ook moest Piet Oudolf nog akkoord geven én gekoppeld worden aan Adriaan Geuze. Beiden waren enorm enthousiast, en zo leek Marcs droom dan echt werkelijkheid te gaan worden. Hij was er echter nog niet. “De tuin moest aangelegd worden en het beheer was een probleem, de gemeente had daar geen geld voor. Nadat ik zelf na fondsenwerving een geldbijdrage deed, kwam de gemeente ook over de brug met een ontwikkelbudget. op deze manier konden we de beplanting bekostigen. Ook heb ik met marktkraampjes, op zeepkistjes en op de kansel gestaan om een groep vrijwilligers te verzamelen. Samen hebben we de tuin in 2014 aangelegd én nog steeds wordt hij door vrijwilligers onderhouden.

Tekst gaat verder onder de foto.

Locatie Vlinderhof

Vlinderhof is een verborgen parel in het groen. Bezoekers moeten eerste het park door óf met een trekpontje de Vikingrijn over om de tuin te kunnen bezoeken. “De vraag was of mensen de tuin wel zouden vinden, maar dat blijkt helemaal geen issue. Oudolf-fans uit binnen- en buitenland weten de tuin als vanzelf te vinden en parkliefhebbers komen er toevallig bij uit. De tuin ligt schitterend aan het water, wat ook een bewaterd moet worden. De tuin wordt schitterend omzoomd door groen; de bomen fungeren als een mooie lijst voor de beplanting, het schilderij. Bovendien staan hier geen gebouwen rondom die afleiden, waardoor je echt even weg bent uit de stad.” De toewijding van Marc voor Vlinderhof in Utrecht is op z’n minst bewonderingswaardig te noemen. Het hele proces vooraf, de aanleg, het werven van vrijwilligers, een beheerplan maken, een website bouwen, vrijwilligers aansturen; Marc deed het allemaal naast zijn fulltimebaan én met drie kleine kinderen thuis. In de begintijd zat hij soms top diep in de nacht aan de website te werken. “Eerlijk is eerlijk, mijn vrouw was niet altijd blij en het heeft uiteindelijk ook zijn tol geëist. Na jaren volle focus op de Vlinderhof werd het tijd om weer veel meer aandacht aan mijn vrouw en kinderen te besteden.” Inmiddels ligt niet alle coördinatie meer bij Marc. “We hebben een serieuze stichting zonder winstoogmerk opgezet en de 50 à 60 vrijwilligers worden in groepjes opgedeeld, zodat ze zich kunnen ontfermen over hun eigen stukje tuin. Elk groepje wordt aangestuurd door een voorman met praktijkervaring in het groen. Ik ben nu vooral nog bezig met wat ik echt leuk vind: het onderhouden van de tuin.”

Onderhoud van Vlinderhof in Utrecht

Hoewel Piet Oudolf niet bij het onderhoud betrokken is, is het wel belangrijk dat zijn signatuur behouden blijft. Daarom is er een beheerplan, dat elk jaar wordt aangepast. “Zo is er een aantal siergrassen, waaronder Deschampsia, dat zich – als je niet oppast – aan alle kanten uitzaait. Ook moeten de Geraniums na de eerste bloei rond eind juni worden teruggeknipt, zodat ze in september en oktober opnieuw bloeien. Maar bovenal moeten de vaste planten om de zoveel jaar gedeeld worden, de één na 5 of 6 jaar, de ander na 3 of 4 jaar. Dit is een hele administratie, want we willen niet alle planten van één soort allemaal tegelijk rooien; dit doen we liever in etappes, we zijn veel te bang dat een plantsoort compleet wegvalt.” Aan het begin en eind van het jaar organiseert de Vlinderhof Burendag, waarbij de kruiwagens vol planten die over zijn, op een plantenmarkt aangeboden worden. “Zo kunnen mensen een eigen stukje Vlinderhof in hun tuin planten én hebben wij weer wat inkomsten om de vrijwilligers een jaar lang van koffie te voorzien.” Marc krijgt vaak complimenten over de tuin, maar hij vindt juist dat de vrijwilligers wel eens in het zonnetje gezet mogen worden. “Zonder hen zou deze tuin er niet gekomen zijn. Piet Oudolf gebruikt de manier waarop wij de tuin nu onderhouden internationaal als voorbeeld van hoe een community garden kans van slagen kan hebben. Daar zijn we natuurlijk erg trots op.”

Overigens zou Marc er niet nog eens aan beginnen als hij alles vooraf had geweten. “Het was achteraf gezien een bepaalde faalangst in mij die ervoor zorgde dat ik dit project per se wilde laten slagen, maar het heeft heel wat nachtrust en stress gekost. Zonder mijn vrouw had ik dit nooit kunnen doen.” De rust is inmiddels teruggekeerd en vrouw en kinderen helpen mee met evenementen zoals een Midzomerconcert of Vrijwilligersdag bij Vlinderhof in Utrecht. Zijn oudste dochter is inmiddels 17 en helpt mee in de bediening, terwijl zijn vrouw ervoor zorgt dat de evenementen goed verlopen. “Als ik dat vanaf een afstandje sta te bekijken, sta ik te glunderen van trots.”